voor 2 personen:
200 g Arboriorijst
25 g gedroogde paddestoelen
1 sjalotje, gesnipperd
1 glas witte wijn
paddestoelenbouillon (van blokje)
olijfolie
klontje plantaardige margarine
1 bakje Cantharellen (200 g)
2 bosuitjes, kleingesneden
1 knoflookteentje
olijfolie
peper en zout
tijm en peterselie
Week de gedroogde paddestoelen een half uurtje in heet water. Giet af maar bewaar het weekwater. Snij de paddestoelen klein.
Verhit de olie in een ruime pan en fruit de sjalot. Voeg de geweekte paddestoelen toe.
Voeg de rijst toe en roer tot alle rijstkorrels glanzen. Schenk het glas wijn erbij en laat verdampen. Giet ook het weekwater erbij.
Schep nu steeds een soeplepel bouillon erbij, regelmatig roeren. Telkens als de bouillon opgenomen is een nieuwe lepel toevoegen.
Bak ondertussen in een koekepan de schoongeveegde cantharellen met de knoflook en de bosui.
Als de rijst gaar is de margarine er doorheen roeren en naar smaak peper en zout toevoegen.
De risotto op de borden scheppen, de cantharellen erop scheppen en garneren met peterselie en tijm.
