Er zijn duizenden soorten zeewieren en ze komen over de hele wereld voor.
In 2011 nam ik deel aan een workshop over wildplukken op de kwelders en leerde zeekraal, zeemelde en lamsoor kennen en proeven. Naar zeewier is weer een stapje verder.
Zeesla heb ik wel eens zien liggen, nooit geweten dat dat eetbaar is. Trouwens, dat er zoveel zeewier eetbaar is en vooral gezond had ik nooit kunnen denken.
Nu is het nog belangrijker dat we onze zeeën schoon houden.
Zeewier wordt ook al gekweekt bijvoorbeeld in de Oosterschelde. Je hebt er geen landbouwgrond voor nodig, dus zou het een duurzame bijdrage kunnen leveren aan het voedselprobleem.
We horen altijd dat je voor essentiele vetzuren vis moet eten. Nu maken vissen zelf geen vetzuren aan, ze krijgen deze binnen door hun voeding: namelijk plankton (micro-algen). Dat is interessant, dus als het goed is kom je door zeewier te eten toch aan je voedingstoffen en kan je die vis lekker laten leven. Want de zeeën zijn bijna leeggevist.
Er zijn heel veel eetbare wieren: groenwieren, bruinwieren en roodwieren. Micro-algen en zeeplanten in net zo veel vormen als landplanten. Er gaat een wereld (oceaan) voor me open.
Met een vriendin ga ik op pad naar Amsterdam. We worden ontvangen door Lisette in een leuk winkeltje, met zeewier thee en een zeewier cupcake.
We proeven diverse wiersoorten, er worden wierchips en wierpesto gemaakt. Het is allemaal erg lekker en vooral leuk.
We krijgen tot slot een zakje met gedroogd wakame mee.
Ook nog hele handige smaakmakers: Zeekraalzilt en Salade du Pêcheur:
Pesto van rucola en zeewier:
Kortom, een zeer inspirererende workshop en een goei aanleiding om me wat meer te verdiepen in dit (voor mij) nieuwe voedingsmiddel.
Het nieuwe boek van Lisette is vandaag helaas nog niet van de drukker, maar ik bestel het gelijk bij thuiskomst.