Een gezellige avond weer!
Menu:
Pittige Watermeloen
Pasta met Oost Indische kers, spinazie en walnoten
Dubbel gedopte eigen Tuinboontjes
Bessentaart met bodem van dadels en verschillende noten.
Angelika's Blog
Een gezellige avond weer!
Menu:
Pittige Watermeloen
Pasta met Oost Indische kers, spinazie en walnoten
Dubbel gedopte eigen Tuinboontjes
Bessentaart met bodem van dadels en verschillende noten.
Weer een fijn gezelschap en mooie gesprekken.
-Chipje met komkommerspread
-Pittige watermeloen
-Courgettebakje met rode ui confituur en pesto van lavas en basilicum
-Gebakken daikon, Witlofgratin en Pasta primavera
-Bessentaart
250 g zoete aardappelpuree
150 g suiker
125 g pindakaas
1 tl vanille extract
25 ml avocado- of koolzaadolie
40 g cacaopoeder
1/8 tl zout
1 tl bakpoeder
60 g gemalen havermout
40 g walnoten, grof gehakt
Doe in een mengkom suiker, pindakaas, vanille en olie en spatel door elkaar.
Voeg cacao, zout, bakpoeder en havermoutmeel toe en meng het geheel weer goed door elkaar. Spatel de zoete aardappelpuree er door.
Bekleed een ovenschaal van ong. 20x20 cm met bakpapier en verdeel het beslag in een gelijkmatige laag. Strooi de gehakte walnoten erover en duw lichtjes aan.
Bak op 175°C in ongeveer 30 min. Controleer met een sateprikker in het midden, deze moet er schoon uitkomen, dan is het gaar. Laat helemaal afkoelen en snij in stukken.
Ook heerlijk met een bollletje Aquafaba-ijs.
Ik was op zoek naar een bijzonder gerecht voor ELM en zag de rettich weer eens liggen bij de groenteboer.
Daikon is de Japanse naam voor rettich en ik maakte deze klaar zoals in veel Japanse recepten, als Daikon ‘steak’.
Ik had het eerst als proef gemaakt, maar daar was ik niet zo tevreden over. De tweede poging was goed. Mijn gasten waren aangenaam verrast, door de vorm en de smaak.
Zo maakte ik het voor tien personen:
2 stuks rettich
stukje kombu
4 kleine maggi blokjes bouillon
water
2 el sojasaus
2 el coconut aminos
2 el mirin
olie
plantaardige boter
Schil de rettich met een dunschiller.
Snij in stukken van ongeveer 2-3 cm dik.
Snij de randen iets bij. Maak met een mesje een ruitpatroon aan boven- en onderkant.
Leg de stukken in een pan en giet zoveel water bij dat ze onder staan. Voeg de bouillonblokjes en de kombu toe. Breng aan de kook en laat zacht koken tot de rettich gaar, maar nog stevig is.
Dat kan tussen de 30 en 50 min. duren.
Voeg dan de smaakmakers toe, ik nam sojasaus, aminos en mirin. Niet eerder, want dan duurt het langer voordat de rettich gaar wordt. Laat dit zo een paar uur afgedekt staan, of de hele nacht.
Haal de stukken uit de bouillon en laat goed uitlekken. Dep droog met keukenrol. Bewaar de bouillon.
Bak ze in olie bruin en voeg steeds wat boter toe. Draai om. Ze mogen goed donker, want de kleur wordt minder als de bouillon er bij komt.
Verhit de bouillon weer. Als de rettichstukken aan beide zijden goed bruin zijn, giet er wat bouillon bij. Laat 4 min. koken met deksel op de pan, dan zonder deksel in 5 min. iets in laten koken.
Leg de steak op een bord en lepel er wat van het bakvocht over. Bestrooi met vegan Furikake.
De bouillon die over is niet wegdoen. Dat is een heerlijke basis voor soep. Ik heb het ingevroren.
Menu
Bouillon van courgette, bieslook, zwartmoeskervel en peterselie en een Chipje gevuld met Kikkererwt-cashewdip
Courgette bakje met Rode ui confituur en Peterselieroom
Portobello uit de oven, Witlofgratin en Pasta Primavere
Bessentaart met slagroom
2 el olie
1 grote ui, in blokjes gesneden
3 wortels, in blokjes van 1 cm gesneden
3 stengels bleekselderij, in blokjes gesneden
5 teentjes knoflook, fijngehakt
4 el bloem
1 flesje Guinness, of een andere donkere stout
1 middelgrote (ongeveer 800 gram) koolraap, in niet te kleine stukken gesneden
650 g aardappelen, in grote stukken gesneden
¼ krop witte kool, fijngesneden
100 gr erwtenstukjes
1 l groentebouillon
60 ml sojasaus
2 tl zeezout
1 tl versgemalen zwarte peper
1/2 el suiker
2 grote laurierblaadjes
2 takjes verse tijm, gerist
2 takjes verse rozemarijn, naaldjes fijngesneden
Doe de olie toe in een flinke sudderpan. Zet het vuur middelhoog en voeg de ui toe en bak tot glazig. Voeg dan wortel- en selderijstukjes en knoflook toe.
Voeg na ong. 1 minuut de bloem toe. Roer goed en laat de bloem even garen.
Giet de Guinness/Stout er langzaam bij, al roerend. Maak je geen zorgen over eventuele kleine klontjes.
Voeg de koolraap, aardappelen, kool, bouillon, sojasaus, zout, peper, suiker en kruiden toe en roer goed door.
Breng langzaam aan de kook, onder regelmatig roeren, zet het dan op middellaag, voeg de erwtenstukjes toe en laat het onafgedekt sudderen, af en toe roerend, tot de aardappelen zacht zijn en de jus dik is. Duurt ongeveer 45 minuten, of iets meer.
Dit recept maak ik regelmatig bij een Eet Lekker Mee diner. De reacties zijn altijd heel positief, men vindt de saus heerlijk smaken en lekker ‘kazig’. Het is gebaseerd op een recept van Vegetus.
Voor tien personen:
10 stronkjes witlof, of 5 dikke, gehalveerd
500 ml plantaardige melk
100 g voorgeweekte cashew, gepureerd
1 el olie
2 flinke eetlepel tapioca (of arrowroot)
4 eetlepels edelgist
4x maggi kleine bouillonblokjes
1/4 theelepel zout
1 el limoen/citroensap
100 gr panko + 20 g havermout
40 g margarine
Verwarm de oven voor op 180 graden.
Stoom de witlof een minuut of 5 in de magnetron. Laat het overtollige vocht er goed uitlekken en leg de stronkjes naast elkaar in een grote ovenschaal.
Meng in een pannetje de melk, olie, cashews, tapiocameel, bouillonblokjes, edelgist, zout en citroensap. Gebruik eventueel een staafmixer om te zorgen dat er geen klontjes meer in zitten.
Breng het mengsel al roerend aan de kook. Blijf roeren en laat een minuutje of twee zachtjes pruttelen tot de saus mooi dik is. Verdeel de saus over de witlof in de ovenschotel.
Doe het paneermeel met de margarine in een koekenpan en rooster het paneermeel al roerend, tot het mooi goudbruin is. Strooi het paneermeel over de ovenschotel. Zet de schaal in de oven en laat ongeveer 25 minuten bakken tot de saus bubbelt.
Jong zevenblad in het bosje achter ons huis |
De eerste daslookjes in Tuin Engelwortel |
De in Farmsum geboren Occa Johanna Ripperda (1619-1686) was een adellijke en bereisde Groningse vrouw.
Zij verzamelde tijdens haar leven meer dan 1000 recepten in een persoonlijk kookboek van 500 pagina's, die een goed beeld geven van wat de adel in de 17e eeuw pleegde te eten. Het is het grootste kookboek uit deze tijd dat bewaard is gebleven, en werd in 2018 teruggevonden in Emden, door de historicus Redmer Alma.
In haar recepten gebruikt Occa vele soorten groente, kruiden, wilde planten en fruit. En alles wat maar loopt, zwemt, kruipt of vliegt werd verwerkt in een gerecht of pastei. Leeuweriken, herten, slakken, kikkers, schaaldieren, zee- of riviervis tot aan delen van een potvis. Er werd van kop tot staart gekookt, want ook ramsballen, beverstaart en hanenkammen worden in de recepten verwerkt. Daarnaast beschikte ze in haar keuken over ingrediënten als Parmezaanse kaas, gekonfijte citroenschillen, wijnazijn en veel oosterse en mediterrane kruiden en specerijen.
Een bestuurslid van Domies Toen heeft me gevraagd het volgende gerecht uit het kookboek van Occa Ripperda te maken en er een foto van te maken voor de nieuwsbrief..
Groene kruidkoek
648. Een groene kruidkoek te maken. Neem wat lente-ui, peterselie, vrouwenmunt, kervel, venkel, spinazie, melisse en boerenwormkruid. Hak alles heel klein en pers het vocht eruit. Doe hierbij tien eieren met de helft van het eiwit en de helft van een kwart kan slagroom, suiker, nootmuskaat en weinig zout. Doe boter in een pan en roer alles goed door elkaar als een roerei. Bak het aan beide zijden. Dien het op in mootjes.
Ik zal het recept hier ‘ontleden’:
Groene kruidkoek
Bij het woord kruidkoek dacht ik eerst aan een koek, van meel. Maar dit recept is eigenlijk een omelet.
Neem wat lente-ui, peterselie, vrouwenmunt, kervel, venkel, spinazie, melisse en boerenwormkruid.
Het is nu eind februari en ik gebruik de wilde planten die er nu zijn, uit eigen tuin en uit het bos.
Lente-ui en peterselie (gekocht)
Zevenblad
Brandnetel
Kleefkruid
Daslook
Paardebloem
Veldkers
Hak alles heel klein en pers het vocht eruit
Ik denk dat de kruiden na het wassen droog gedept moeten worden. Als je echt het vocht eruit zou persen, hou je droge, vezelige kruiden over, dat lijkt me niet de bedoeling.
Doe hierbij tien eieren met de helft van het eiwit ...
Geen idee of in de 17e eeuw eieren kleiner waren dan nu, maar dat zou je wel denken. Ik gebruik zes eieren van ongeveer 60 gram en ik gebruik alle dooiers.
... en de helft van een kwart kan slagroom,
Een kan is een vroeger gebruikte inhoudsmaat voor vloeistoffen en kwam overeen met 1,4 à 2 liter. Stel dat een kan anderhalve liter is, dan is een kwart 375 ml en daar de helft van 187 ml. Omdat ik geen dierlijke room gebruik, neem ik sojaroom, ongeveer 160 ml.
... suiker, nootmuskaat en weinig zout
Misschien was de smaak in die tijd anders, misschien was de suiker als tegenhanger van de bittere kruiden. Ik laat het weg. Een snuf nootmuskaat en wat zout gebruik ik wel.
Doe boter in een pan en roer alles goed door elkaar als een roerei. Bak het aan beide zijden.
Goed door elkaar roeren en in wat (plantaardige) boter op laag vuur garen. Let op dat het niet te bruin wordt aan de onderkant. Met behulp van een bord omkeren en verder laten garen.
Dien het op in mootjes.
Mootjes zijn schijfjes of stukken, maar nu gebruiken wij het woord vooral bij vis.
Het smaakt fris, groen, sappig, we vonden het een heerlijk gerecht! Zeker met vers zelfgebakken brood. Door al die wilde kruiden hebben we geijk ook een boost aan vitamines, mineralen en anti-oxidanten binnengekregen!
Hier meer informatie over Occa Ripperda.