woensdag 4 maart 2015

Gekkie, The Cat Formerly Known As Kyoto


In november kwam ik op facebook de volgende hulpvraag tegen:

Help, waar o waar, bij wie o wie mag mijn lieve poes Kyoto logeren? Het is voor twee maanden december en januari. Vaste oppas kan niet en tot nu toe geen geluk met het vinden van een oppas.

Ik dacht: ach, laat ik eens iemand helpen. De kat is een bovenhuis gewend, gaat niet naar buiten, kan niet met andere katten samen, allemaal zaken die ik haar kon bieden.
En misschien is het wel erg leuk, om een tijdje een katje in huis te hebben?
Toevallig dacht ik de laatste tijd een paar keer aan Psili, die mij leerde katten leuk te vinden.
Zo geschiedde, op 1 december kwam ze.

Op het moment dat het deurtje van het reismandje openging schoot de angstige Kyoto vliegensvlug achter de bank.
Haar eigenaresse vertelde dat dat normaal gedrag was, en dat het wel even kon duren voor ze tevoorschijn zal komen.
Kyoto bleef de hele dag en avond uit zicht. Als we de bank wat wegschoven zagen we hem zitten, met grote ogen keek ze ons aan en deinsde verder terug. We lieten haar maar.
De volgende morgen was het eten en drinken niet aangeraakt. We gingen werken en bij thuiskomst riepen we haar, keken achter de bank, maar ze was niet te vinden. Overal gekeken. Ze kon niet weg zijn. Haar eigenaresse had wel verteld dat ze zich kon verstoppen op de meest kleine plekjes. Maar zoveel plekjes hebben we helemaal niet. We keken achter de banken, achter de DVD-speler, haalden de onderste vakken van de boekenkast leeg, keken bovenop de kasten.
We snapten er niks van. Naar boven kon ze niet, we hadden de deur gesloten gehouden.
Uiteindelijk bleek ze onder de trap te zitten, daar was een kleine ruimte achter de convector, waar ze precies tussen paste.

De volgende dag kwam ze tevoorschijn en voorzichtig wat rondlopen, maar nog steeds niet eten of drinken. Dat deed ze pas de vijfde dag! Ik had een blikje kattevoer gekocht en die geur was blijkbaar zo verleidelijk dat ze begon te eten. Vanaf nu dronk ze ook water. 




Gelukkig … ik maakte me wel zorgen en voorzag al rampscenario's om tegen haar eigenaresse te moeten zeggen: Sorry, je kat is doodgegaan …
Terwijl ze at maakt ik gauw de ruimte dicht met een groot stuk karton en ducttape. Maar de volgend morgen zat ze daar weer, ze had het karton gewoon losgetrokken. We bedachten dat als ze daar zo graag zat, dan moest dat maar. Ik was niet meer bang dat ze daar klem zou komen te zitten, of dat het te daar overdag te heet werd en 's nachts te koud. Ze had het zelf gekozen als haar veilige holletje. Als de deurbel ging, of een onbekende kwam binnen schoot ze haar veilige haventje in. Oudejaarsavond met het vuurwerk heeft ze daar al die tijd gezeten.
In de buurt van haar veilige holletje
De eerste tijd dat ze zich verstopte riep ik haar en zei ook vaak: Wat ben je toch een gekkie! Op een gegeven moment toen ik weer gekkie zei kwam ze opeens naar me toe.
Ze luisterde naar Gekkie! Oei, wat zou haar vrouwtje daarvan vinden?
Maar omdat ze daar naar luisterde bleven wij haar zo noemen.
Vanaf nu ging het beter, ze mauwde nog wel wat klaaglijk, maar kwam 's avonds op de bank tegen me aanliggen en voorzichtig kon ik haar aanraken. 



Tot ik haar lichaamstaal een beetje begreep zette ze nog wel eens onverwacht haar nagels en tanden in m'n arm, sprong van de bank en ging met de rug naar me toe zitten. Maar elke week ging het beter. Na verloop van tijd wachtte ze ons op achter de deur en begroette ons heel gezellig, hoewel ze nog wel op haar hoede was en soms erg schrikkerig reageerde.


In januari gingen we een weekje naar Berlijn, maar Zoon en zijn vriendin verzorgden haar goed, en ook dat vertrouwen was snel opgebouwd.
We raakten steeds beter bevriend. Het was geen kat die je kon optillen. Een schootkat zal ze nooit worden, maar soms legde ze wel haar twee voorpootjes op mijn schoot. Ze kon ook zo leuk spelen met een touwtje.
Gluren naar de buren

Het was ook een nette poes. Ze sloopte niks, ze ging netjes op de bak. Ze sprong niet op het aanrecht en zelden op de eettafel. Ze zat graag voor in de erker of in de achterkamer op de vensterbank, een prima plekje om de merels en vinken gespannen in de gaten te houden.
De rietpluimen zijn wel interessant
Ze zou twee maanden blijven, maar omdat haar eigenaars na terugkomst ook nog gingen verhuizen, spraken we af dat ze nog wat langer zou blijven, omdat ze anders twee weken naar het oude huis moest en dan weer naar het nieuwe huis. Het leek ons beter dat ze gelijk naar haar nieuwe huis zou gaan, dat zou dan een verhuizing schelen, dus ook minder stress.
En we vonden het wel leuk dat ze nog wat langer bleef.

Katjes!
Ik zette de reismand wel alvast in de achterkamer en deed daar elke dag wat kattesnoepjes in. Die waren steeds weg, dus ze durfde er wel in, maar was wel zo slim omdat te doen als ze alleen thuis was.


Ik verhuisde de reismand naar de voorkamer, op de bank lag een zijden kussenhoesje waar ze graag op lag en dat legde ik in de reismand. Ze ging erin, maar als je in de buurt kwam schoot ze eruit. 
25 Februari wordt ze opgehaald … maar ze wilde niet, ze schoot in haar holletje toen de deurbel ging, en ze kwam zelfs niet tevoorschijn toen ze de stem van haar vrouwtje hoorde. Ik vond het vervelend voor haar, maar zij herkende dit gedrag wel en vertrok weer. Gekkie bleef nog zeker twee uur in haar holletje.
Het had mooi geweest als Gekkie naar huis was gegaan, want we gaan een lang weekend naar Groningen, maar Zoon ging niet mee en kon dus voor haar zorgen.

Maart inmiddels, uiteindelijk moet ze er toch aan geloven. Ik ga iets heel gemeens doen. Ik heb weer zo'n blikje kattenvoer gekocht en terwijl ik het opentrek komt Gekkie enthousiast op de geur af.
Ze gaat alvast bij haar eetbakje staan en kijkt me een moment verbaasd aan als ik dat voorbij loop, maar dan loopt ze me vrolijk achterna. Ik zet het blikje helemaal achter in de reismand. Kijkt ze me vol vertrouwen aan of juist wantrouwend? Ze vertrouwt me en stapt naar binnen. Met een snelle beweging geef ik haar een zetje en doe ik het deurtje dicht. Een harde verschrikte mauw. Ze kijkt me door de gaatjes met ongeloof aan.
Het moet, er is geen andere manier, dit lukt maar één keer. Ik bel haar eigenaresse of ze gauw hier kan zijn. Gekkie blijft nog een hele tijd klaaglijk mauwen.
Het duurde een hele tijd voordat ze vertrouwd was en nu moest ik haar vertrouwen beschamen. Zoiets wil ik niet nog eens meemaken, bah, wat voelde ik me rot. 

Na drie maanden logeerpoes is het stil in huis. Laatst lag er een zwarte sjaal naast me op de bank. Onbewust ging mijn hand daar naar toe. Ja, ik had het niet gedacht, maar ik mis haar.
Ik krijg vaak het advies om zelf een kat te nemen, neuh … toch maar niet.