zaterdag 30 april 2011

Gemarineerde aardbeien met sorbetijs en basilicumsuiker


150 ml rode wijn
150 g suiker
1 laurierblaadje
stukje citroenschil
1 tl arrowroot 
aardbeien (ongeveer 5 p.p.)
2 takjes tijm
4 eetlepels balsamicoazijn
citroen sorbetijs (AH)

basilicum
50 g suiker

Breng wijn, laurier, suiker, tijm en citroenschil aan de kook. Kook de wijn 15 min. op middelhoog vuur in. Voeg balsamicoazijn toe. Met arrowroot iets indikken.
Leg de schoongemaakte aardbeien in een schaal en schenk er de warme wijnsiroop door een zeef over. Laat afkoelen en in de koelkast enkele uren (of een nacht) marineren. Verdeel de aardbeien over 4 coupes met wat siroop en schep er een bol ijs op. Garneer met de basilicumsuiker en een blaadje basilicum.

Basilicumsuiker
Snijd ongeveer 10 basilicumblaadjes fijn. (Houd 4 blaadjes achter). Maal de fijngesneden blaadjes met suiker fijn in het hakmolentje van de staafmixer tot mooie groene suiker. 






vrijdag 29 april 2011

Jarig

Ik hou niet van verjaardagen, vooral niet de mijne. Het is in het verleden vaak voorgekomen dat er verjaarsvisite voor niks voor de deur stond. Want men had de volgende dag toch vrij. Maar ik was nooit thuis die dag.
Ik ben meestal een weekendje weg. Ik heb er geen zin in. Voor mij geen verjaarsvisite en in een rondje zitten en toastjes eten. Ik hou heus wel van gezelligheid, maar niet zo en niet op die dag.
Ik herinner me als kind dat je in de klas op een stoel moest staan en de kinderen zongen dan voor je. Ik vond mezelf vroeger een lange magere panlat en was erg verlegen. Ik viel liever niet op. Daar stond je dan, wat duurde Lang zal ze leven dan lang. Ik wist dan niet hoe ik moest kijken. Verschrikkelijk.

En nu heb ik er nog weinig mee. Gewoon gewerkt vandaag. De bewoners wel getrakteerd op een stuk povverd. Veel knuffels en zoenen, dat vind ik dan weer wel leuk. Een bos bloemen, zo lief, van de vrijwilligers.
Hoe oud ben je nu geworden? Ik heb niet echt problemen met mijn leeftijd, maar zeg het toch liever niet. Het is net of mensen je anders benaderen als ze het weten. Maar een geheim is het niet. De bewoners (80ers en 90ers) liet ik raden vanmorgen, 30 en 32 werd er gezegd, ha, more, more.
Nee, zei ik 34 (plus 20). Hilariteit en ongeloof.

Het maakt ook eigenlijk niks uit, het lastige is dat je je soms verbijsterd afvraagt waar in hemelsnaam al die jaren gebleven zijn.
Van binnen blijf je je wel jong voelen, maar het lichamelijk verval slaat meedogenloos toe. Ik werk met oude mensen en je ziet wel eens wat. Ik kan u vertellen ... het wordt nog veel en veel erger. Een honkbaltrainer van mijn zoon riep destijds om de haverklap: accepteren, accepteren!
Dat roep ik dan ook maar regelmatig tegen mezelf, vooral toen ik deze oude foto terugvond, waarop ik 21 jaar was. Zucht.

donderdag 28 april 2011

Metselbijtjes

Hotels voor metselbijtjes zijn helemaal in, begrijp ik. Ik heb zoiets weleens onder de dakrand gehad die in de serre uitkwam. De jonge bijtjes die wilden uitvliegen hadden niet in de gaten dat ze een meter naar beneden moesten vliegen om de deur uit te kunnen. Ze bleven maar radeloos bovenin rondvliegen.
Dagelijks ging ik ze met een schepnet vangen om dit prille leven te redden. Je moet er wat lamme armen voor over hebben!


Iemand dacht dat een bamboe windgong een bijenhotel is. Nee, nee dat is geen geschikt bijenhotel. Hoewel, ik heb op mijn dakterras nog zo'n oud ding hangen en zag vorige week in het smalste pijpje een bijtje bezig.

Toen ik net even keek, was het inmiddels dichtgemetseld. Nou zeg, nu maar hopen dat het larfje oordopjes heeft.

vrijdag 22 april 2011

Ze zijn er weer ... Gierzwaluwen!


Toen wij net in ons huidige huis woonden, keek ik verbaasd naar de lucht boven ons dakterras. Het was zomer en ik hoorde een luid ‘Srie Srie’ en zag een gigantische hoeveelheid door de lucht scherende vogels. Ik wist toen nog niet van het bestaan van de Gierzwaluw (Apus Apus).
Inmiddels is het mijn lievelingsvogel en elk jaar kijk ik uit naar hun komst in april. Wij zeggen wel eens, het zijn eigenlijk geen vogels, het zijn magische wezens. Men zei altijd dat ze op Koninginnedag terugkeren, maar eigenlijk was het een dag eerder, op mijn verjaardag. Tegenwoordig komen ze nog eerder. 

Een aantal jaar geleden hadden we een nestje, er was een iets weggezakte pan op ons dak en in die minuscule ruimte werden jonge gierzwaluwen grootgebracht. We hoorden ze piepen. Helaas is dat maar bij een keer gebleven.

De afgelopen dagen speurde ik de hemel af of ik ze al zag. Vanavond aten we op het dakterras en hadden het erover. En opeens riep Mijn Architect: daar zijn ze! Inderdaad, vier stuks vlogen in duizelende vaart rechtboven ons en we hoorden het bekende srie srie.
Gek dat je daar zo blij van kunt worden. Daarentegen ben ik ook altijd wat bedrukt als ze weer verdwijnen. Hoewel het nog vroeg in de zomer is, lijkt het of de zomer dan alweer voorbij is, en missen we ze.
Inmiddels weet ik dat ze maar zo’n honderd dagen blijven en dan weer samen met hun jongen naar Afrika vertrekken. Maar nu eerst nog drie maanden genieten.

vrijdag 15 april 2011

Struinen en eetbare bloemen plukken


Dotterbloem (niet eetbaar)
Wat was het weer een heerlijke middag. Samen met Sofietje bloemen en brandnetels plukken voor lekker eten uit de natuur. Veel kleine kikkertjes gezien en ook kievitsbloemen. Maar ik ga voor de Pinksterbloemen. Die zijn familie van de kerssoorten en smaken heerlijk peperig.
Pinksterbloem
De brandnetels zijn weer in de pasta gegaan, maar in plaats van zalm heb ik nu rivierkreeftjes gebruikt. Ook lekker. 

Pasta met brandnetel en rivierkreeftjes
Daarbij een salade waar je vrolijk van wordt: met pinksterbloemen, koolzaadbloemen, viooltjes, paarse dovenetelbloemen en vogelmuur. De geplukte madeliefjes heb ik niet gebruikt, want die hadden hun bloemhoofdjes inmiddels gesloten.

Wilde bloemensalade

zaterdag 2 april 2011

Schiere dag met Retsisprite

De eerste echte mooie dag dit jaar, wat is het toch geweldig als het weer lekker zonnig is! Wij hebben geen tuin, maar wel een flink dakterras en er moet gewerkt worden … het dakterras moet ‘gekärcherd’ worden. Eén keer per jaar moeten de vlonders schoongemaakt worden, ze worden in de loop van het jaar groen en dus glad.
Man trekt de kaplaarzen aan en begint. Je hebt direct eer van je werk … het lijkt wel schilderen, de planken krijgen weer hun voormalige mooie kleur.


Terwijl hij zo bezig is fladdert er steeds een hemelsblauw vlindertje om hem heen, een Icarusblauwtje? Dat kan niet volgens de kenner, waarschijnlijker is een Boomblauwtje ... vind ik ook goed!


Het is wel een flinke klus, we hebben veel potten met planten, die moeten aan de kant en ook schoongemaakt. Wat zit er nog in, is er nog leven na de winter? Aan de zijkant van het huis, tussen ons en de buurman hebben we nog een … ik noem het de serre, Man noemt het de bushalte, buurman noemt het de kas. Het is een van plexiglas gemaakte ruimte, waar ik spullen droog kan opslaan, was kan drogen en omdat het er erg warm wordt heb ik er ook wel paprika’s gekweekt. Het dak daarvan was erg groen geworden, dus ook daar de Kärcher nog even overheen.

serre de bushalte

Als het werk is gedaan, lichtelijk spierpijn, maar de temperatuur doet nog Grieks aan, tijd voor een flesje Retsina.
Dat dronken we ook vaak tijdens onze vakanties, gemixed met sprite. We maakten daar voor het eerst kennis mee via A, eerst op Leros waar we haar voor het eerst ontmoetten, later op Korfu, waar ze toen woonde.

In onze vakanties in Griekenland begonnen we na het opstaan gebruikelijk met koffie, nog eentje en dan nog eentje? Later in de morgen nog een koffie, nou okee nog eentje dan … en dan komt de koffie inmiddels je neus uit. Veel water hebben we dan ook al gedronken, in tegenstelling tot in Nederland, krijg je in Griekenland gewoon gratis water bij je koffie, wat eigenlijk ook zo hoort.

Maar wat dan ... we zijn geen limonadedrinkers … dan namen we op een terras meestal een klein flesje Retsina met sprite, of seven-up, Retsisprite noemen wij het. Eerst is de verhouding veel sprite, weinig Retsina, en dat draait na de volgende glazen om, zo heerlijk licht en zomers.


Ik zag dat er in het wijnrek nog een flesje Retsina van vorig jaar lag en er was ook nog lemonprik. Het dakterras was schoon, wij waren vuil, dus tijd voor een drankje met een knabbeltje. Grieks muziekje erbij: een CD van Glykeria, die ik jaren geleden bij het Griekse Eiland in Amsterdam kocht, (Η Γλυκερία Τραγουδάει Αντώνη ΒαρδήGlykeria sings Antonis Vardis). Voor wie het kent of juist niet, luister er even naar, zo mooi:




Pas als het dakterrras weer ‘zomerklaar’ is kan ik plannen maken voor wat ik dit jaar ga zaaien. Man zingt: wastoe ooit zaais, dat oogstoe ook (Harry Niehof 's Schiere dag).
Het is elk voorjaar weer afwachten wat het de afgelopen winter in de potten overleefd heeft. Het valt mee: De rododendron zit vol met knop, de rozemarijn is helaas dood, maar de esdoorn heeft prachtige knoppen, de blauwe bes doet het ook veelbelovend, een aardbeiplantje leeft ook nog. Als er iets dood is, heb ik weer een lege pot voor iets anders.

Esdoorn (Acer davidii 'Rosalie')
Blauwe bes (Vaccinium corymbosum)
Aardbei Ostara

De Amorpha, elk jaar weer spannend ... doet hij het nog, hij is eigenlijk (sinds 1998) uit z’n pot aan het groeien. Ik heb twee jaar geleden voor de zekerheid een stek genomen, de dochter noemen we ’m, maar die groeit inmiddels ook haar pot uit. O, ik verlang naar een echte tuin!